Onderwerp 1 Communicatieve micro-agressie (verbaal en non-verbaal)

Micro-agressie komt op verschillende manieren voor en/of kan zich op verschillende manieren uiten: communicatief (verbaal, non-verbaal), gedragsmatig of in de omgeving.

Communicatieve micro-agressies zijn communicatieve uitingen die gebaseerd zijn op vooroordelen over iemands groepsidentiteit. Communicatieve micro-agressie kan zich manifesteren als gezichtsuitdrukkingen, lichaamstaal, vermijding, afstand nemen, het benaderen als ‘zielig’, en zijn gebaseerd op aannames doen over intelligentie, competentie of status, kleurenblindheid, gevaarlijkheid, afwijking etc. Een voorbeeld van verbale micro-agressie is bijvoorbeeld zeggen: ‘’je bent erg slim voor een meisje’’. Non-verbale micro-agressie is bijvoorbeeld het rollen met je ogen wanneer vrouwelijke collega’s iets zeggen tijdens een vergadering, terwijl je dat niet doet bij mannelijke collega’s.

Categorieën, waarin verbale en non-verbale micro-agressie zich voordoet, zijn: 

  • gezichtsuitdrukkingen;
  • lichaamstaal;
  • vermijding;
  • onwetendheid;
  • afstand nemen;
  • een minderheidscultuur of uiterlijk zieligvinden;
  • aannames over intelligentie, competentie, status;
  • kleurenblindheid;
  • gevaar;
  • ontkenning van racisme;
  • aannames over afwijken van de norm (LGBTQIA+); 
  • stereotypen of vooroordelen over genderrollen;
  • seksueleobjectivering;
  • veronderstelling van criminaliteit;
  • seksistisch taalgebruik;
  • gedrag tegenover ’tweederangs’burgers;
  • de mythe van meritocratie (het bereiken van een hogere sociale status door middel van eigen verdiensten).

Image by benzoix on Freepik