Nadien schrijf je drie dingen op die het belangrijkst zijn met betrekking tot hoe de wereld werd gezien door je voorouders, volgens de voorgestelde en gekozen gebieden.
Wat heb je over jezelf geleerd van deze activiteit?
Kun je enige connectie zien tussen hun kijk op het leven en die van jou?
Deel je gemeenschappelijke vooroordelen of vooringenomenheden?